Wai-O-Tapu
Op maandag 2 april moesten we vroeg opstaan. Een deel van ons (met onder anderen ikzelf) gaan namelijk naar een national park genaamd Wai-o-tapu thermal park. Hier brachten we de ochtend door en bekeken we allerlei verschillende kraters en gekleurde meren. Het was allemaal wel mooi om te zien maar het viel me wel wat tegen. Dat kan natuurlijk ook komen omdat de dag hiervoor gewoon perfect was. Maar alles leek op elkaar en ik vond Wai-O-Tapu niet heel erg spectaculair. De entree hiervoor was 70 dollar (40 euro), wat ik toch wel veel vond. Als je niet veel geld te besteden hebt tijdens je reis, dan is dit iets wat ik echt zou laten.
Lake Aniwhenua
Die middag werden we opgehaald door de Stray bus om vervolgens door te rijden naar Lake Aniwhenua. Ondertussen haalden we iemand op, zelf ook een Maori, die ons meer vertelde over de cultuur en dergelijke. Zo namen we ook een kijkje bij een aantal rotstekeningen die gemaakt zouden zijn door vroegere Maori’s. Nadat we dit gedaan hadden gingen we door naar de hostel. De hostel was zo ontzettend mooi en het uitzicht op het meer en de zonsondergang erachter waren echt de moeite waard.
In de hostel kon je ook een aantal activiteiten doen. Want hoewel het hostel erg mooi was, daarbuiten was verder helemaal niets te doen. Maar goed, je kon een les volgen in armbanden vlechten van riet, de haka leren, vissen vangen door middel van speren en je kon zien hoe de maori mensen hun eten opwarmden. Hierbij warmden ze stenen op, deden ze het eten in een zak zodat het wordt beschermd, en gooiden ze er een berg zand overheen. Deze manier van koken wordt de Hangi genoemd. En zo kregen we die avond een ongelooflijk lekkere maaltijd voorgezet. We sloten de avond af met het kijken van een Maori film, genaamd Boy.
Meer artikelen lezen over mijn tijd in Nieuw-Zeeland? Klik dan hier.
Bedankt voor het lezen!
Leave a Comment